Wat ik heb ontdekt…

huwelijk-41

Het is weer vrijdag.

Haar mond is waar het hele werk om draait: uit 2 gezichten die naar beneden kijken spat opeens een mond die zo sensueel geschilderd is door Petrus Christus -en leerlingen-dat de belofte van het voorgenomen huwelijk hierin besloten ligt. Deze mond heeft me deze week, terugrekenend minstens 14 uur gekost. 20 cm breedte waarin ik me probeer te houden aan de afmetingen van het schilderij, maar deze mond is een totaal eigen interpretatie geworden omdat ook P.C. heeft zitten rommelen en klooien in het origineel.

mond

Waar P.C. ook gerommeld heeft, is de kraag van de man. Logisch kijkend klopt ie niet. Ik heb hem dus naar eigen inzicht en logica weergegeven…

kraag

Het is een jong meisje, de eigenaresse van deze mond, maar ze is berekenend en ze heeft een binnenpretje. Het zal het aloude thema zijn: vrouwen en juwelen…

parels

Alleen nog maar de parels op haar muts.

beloofd is beloofd

huwelijk

Het is echt waar, hier heb ik deze week aan gewerkt, …zoek de 10 verschillen….

Die zitten in zijn kaaklijn, de glans in hun ogen, er is een oog totaal verschoven en een mond -die van hem- opnieuw ‘gezet’

Er is een achtergrondkleur bijgekomen en een fout/verkaring, restauratieding in het beeld opgenomen…

Vandaag haar mond, voorhoofd, en hun beider ziel.

het beeld in

man-en-vrouw

..Iemand liet me 4 kleine knullige tekeningetjes zien. Keek me verwachtingsvol aan: ‘Wat vindt je?’ Het was zo heerlijk toen ik ze maakte, gewoon een beetje prutsen en opeens waren ze er.’ En daarna: ‘Net als toen ik het nog leuk vond. ‘ (Punt.)  ‘Zeg maar. Als je begrijpt wat ik bedoel’. En ik begreep het.

Het schilderij van Petrus Christus laat me niet meer los. Dus het moest. De kunstenaar volgen, kijken wat hij gedaan heeft, hoe hij gekeken heeft, hoe hij gewerkt heeft. Of liever: zo dicht mogelijk bij de schilder komen. Bij de uitdrukking van de personen komen. Het is een geweldige wereld waar ik in beland ben: het onderkinnetje van de vrouw, haar binnenpretje, zijn blik, het knoopje de lichtval op zijn schouder, de aandacht. En die ogen die niet mijn ogen zijn, maar wel, met een kleine ingreep wel weer die ogen worden die het mogen zijn. Die ik wil herkennen. En de kleine foutjes zien van de schilder, de moeilijke stukjes.

Tot dit punt ben ik gekomen. Iedere stap verder wordt -in mijn schilderstijl- het zoeken naar dat wat het echtpaar bindt en de liefde van de kunstenaar voor zijn objecten. Zijn manier van uitdrukken.

Ik ben al genaderd tot in de werkplaats, en zit op een krukje te kijken naar wat de meester doet. Ik zoek naar oplossingen en breidt de mogelijkheden uit. Liefst zou ik nog dichterbij willen komen. Ik besef me dat ik brutaal ben, en ik kom er nu ook werkend achter  dat hij een geniale schilder is. Ik sta op een kruispunt, ik zal met het werk een eigen kant op moeten gaan om te vertellen wat ik zie, en  waar ik de ziel van het werk ga vinden. Ik zit er dus nog net voor.

Vanaf dit moment begint de fase van een schilderij waarin de inhoud gaat leven. Vanaf exact dit punt begint het eigen leven van het werk, en openbaren zich de ‘eigen zinnen’ van het doek.

En ja, ik vind het doodgewoon erg leuk.

meesterproef

Ooit ben ik opgevoed als een innovatief abstract en liefst conceptueel werkend kunstenaar. Nooit had ik gedacht dat mijn belangstelling voor het handwerk zo intens gewekt  zou kunnen worden. Toch is het gebeurd. De aanstichter hiervan is denk ik de kunstenaar Bill Viola. Hij gebruikt de beeldtaal van de oude meesters en filmt in deze décors zijn bewegingen, waardoor oude en archaïsche beelden samenvallen met een nieuwe uitdrukking en heel dicht bij ons gebracht wordt.

Waarom deze periode me  precies raakt is moeilijk uit te leggen. Ik kan het vergelijken met een stad waar je komt en kan voelen dat alle deuren voor je open gaan. Dat je de taal begrijpt, het eten heerlijk vindt en meteen vrienden maakt.

hb_197511101Eligius in zijn werkplaats. Petrus Christus  1449.

Maar het is ook puur ambachtelijke jaloezie. Ik weet niet of we het moeten willen kunnen, het totaal aan details, ‘bloemrijke vertellingen’ die duiden en verwijzen. Het hieronder sterk uitvergrote fragment , een detail uit het schilderij ‘de Heilige Eligius in zijn goudsmid werkplaats’ van Petrus Christus (1410 -1473) is in werkelijkheid hooguit 40 cm breed en 35 cm hoog. (Het hele werk is 98 × 85 cm). De fijnheid van de penselen in die tijd, maar ook het gedetailleerd kunnen zien -je moet er waanzinnig goede ogen voor hebben die haarscherp zien. Zelfs als je met een loep werkt. Wist je dat onder de geplooide rode kraag van de man, boven zijn bontkraag, in de schaduw,  een knoopje is geschilderd met een lichtplekje erop waardoor de kijker ook de dieptewerking op en rond het knoopje kan zien? Deze schilders wilden niet de werkelijkheid benaderen, vermoed ik, ze wilden de werkelijkheid herscheppen, onderzoeken, bekijken, tot in heel intieme details. En de totale schoonheid hiervan, anders dan bij foto’s omdat de ziel van van een kijkend mens uit 1500 met het beeld verbonden is ervaar ik als terugstappen in een periode waar het kijken een ontdekking was, waar verwondering over onze oppervlaktes alles met ‘de’ ziel te maken hebben. Waar de ziel bij dingen hoorde. Waar massaproductie nog niet uitgevonden was en men alles met eigen inzicht, kunde en kracht maakte.

Goed kijkend , en formeel gezien, is er een wereld aan onderstaand fragment te beleven. Puur genot voor het oog en volgens mooie symmetrische opbouw.

Twee personen die aandachtig naar iets kijken, het is duidelijk een paar door de nabijheid van hun lichamen. In hun houding is echter spanning; de man draait zich naar de vrouw toe en ook weer ervan af, gericht op dat waar hij naar kijkt. Zijn kaaklijn loopt synchroon met de revers van zijn jas die de afstand naar de vrouw ook weer benadrukt. Hij heeft een mooie sensuele mond en een milde uitdrukking. De vrouw, in haar tronie, die tegelijkertijd een prachtige diagonaal vormt richting de revers van de man -waardoor de grote licht donker contrast eerst afstand en door die lijn weer verbinding ontstaat- heeft een prachtig profiel, een mond die boekdelen spreekt van de verschillende verhalen die ze vertelt: verbazing over schoonheid, hebzucht, oprechte blijheid, kortom heel veel stemmingen.

Mij treft het samenzijn en de spanning waarmee zij zijn geportretteerd, de opdrachtgevers van het echte werk, die ook bepaald hebben aanwezig te zijn in het beeld.

Ik kijk mijn ogen uit.

5299468859_1131c3a0fc

Hingabe

hingabe

De Duitse Happinez viel bij me in de bus. Bij een artikel van Lisette Thooft over ‘Der Schüssel zum inneren Frieden’ is werk van me opgenomen dat een paar jaar eerder ook al in de Nederlandse versie te zien was.

Wel boeiend, deze Duitse versie. Het format is vrijwel hetzelfde als de Nederlandse , maar het is toch weer helemaal anders. De kleuren zijn anders, bruiniger, de opmaak en dan vooral het benutten van ruimte is anders, klassieker.  En in mijn geval is er behoorlijk gesneden in het werk waardoor de afbeeldingen een eigen leven gaan leiden. Ook mijn kleuren zijn anders. Donkerder, harder. Wat wel jammer is.

Het maakt wel een beetje nerveus: ik wil graag Duitse gasten welkom heten hier. Maar hoewel ik het goed versta en spreek is mijn Duitse schrijven van erbarmelijke kwaliteit. Poging wagen? Vergeef me de fouten,verbeter me waar nodig:

Liebe Deutsche gäste: Herzlichen vilkommen auf meinen site. Leider schreibe Ich nur in die Holländische Sprache. es ist aber möglich alles  überzetst zu bekommen via Google. Viel vergnügen!

gesigneerd, uit New York…

2012img1

De Proposition (galerie)  in New York maakte een paar jaar geleden grote indruk op ons. Het werk dat getoond werd was afkomstig van een nog jonge kunstenaar, Roemeens, Canadees, Amerikaans. De kleine tekeningetjes boden werelden aan vertellingen en bleven me bij. Gelukkig had ik me ingeschreven voor de maillijst van de Proposition, want onlangs werd een nieuwe expositie aangekondigd met het werk van Balint Zsako. Nu mét catalogus. Ik leerde per mail Gregory kennen, die steeds zijn mailtjes ondertekent met ..’Best, Gregory….’ -wat ik heel stoer vind.

Gregory zou me een catalogus sturen. Én Gregory heeft Balint verzocht de catalogus voor me te signeren. Dus kwam, zaterdagochtend, een enorme enveloppe ons huis binnen, met daarin  Het Boek. En voorin het boek een wonderschoon tekeningetje met vogel, helemaal alleen voor mij.

2013img

Precies een jaar geleden vertrok ik naar China. Ik had hoge verwachtingen van de reis , die ik mezelf cadeau had gedaan na drie jaar hard gewerkt te hebben aan tentoonstellingen. De behoefte aan nieuwe beelden was groot. Ik heb mijn ogen uit mijn hoofd gekeken in dat vreemde, drukke , magisch mooie land.

Terug van mijn reis bleef ik oorpijn houden. Mijn vermoeden was dat de lange vliegreis, de hoogte van het gebied waar we een tijd verbleven (4800 meter) en de beten van bloedzuigers me tijdelijk uit evenwicht hadden gebracht. De oorpijn bleef, ook na uitspuiten en druppels. De vermoeidheid bleef ook. Het vermoeden van een virale infectie rees, waarop een reeks bloedonderzoekjes volgden. Af en toe was ik duizelig, veel vaker beleefde ik mijn omgeving alsof ik vanuit een holle ruimte contact moest maken. In april werd ik op een nacht wakker van misselijkheid. Alles om me heen bewoog, de ruimte tolde om me heen, en pas na overgeven en stil liggen met mijn ogen dicht verdwenen de duizeligheden. ‘Stel’ dacht ik die nacht, ‘dat ik dit voor altijd heb. Dan kan ik niets meer. Dan kan ik niet meer naar buiten, niet meer schilderen, koken, leven…’ In een enkel moment werd het me heel duidelijk hoe kwetsbaar en sterk ik eigenlijk ben, als mensenlichaam. Sterk, omdat alles het gewoon doet, al heel lang , en kwetsbaar omdat het kapot kan gaan. Dat een schakeltje uitvalt en alles op slag verandert.

De aanval ging gelukkig na een paar uur over maar oorpijn bleef. Er kwamen nieuwe aanvallen op onverwachte momenten. Het uit evenwicht raken bleef. Harde geluiden doen vaak zeer aan mijn oren…

De ziekte van Meniére. ‘Gebeten door de stresshond’, riepen we alweer eeuwen gelden elkaar toe als iemand van onze groep in Denemarken weer eens door zijn of haar rug ging. (Meestal ‘zijn’ trouwens) . Maria Goos schreef een collumn over haar aanvallen in het Volkskrant Magazine. Ik heb het artikel weer opgezocht.  Maria Goos noemt haar Mevrouw Meniére.

http://www.volkskrant.nl/archief_gratis/article1011159.ece/Mevrouw_Meniegrave_re

Ik zal naar haar moeten gaan luisteren.

Stilte

antonello-da-messina-christ-blessing-ng673-fm

Dit portret is gemaakt door Antonello da Messina. Het is te zien in de National Gallery in Londen. Een beetje een in elkaar geknutseld schilderij wat de wijten is aan slechte conservering en de kunstenaar heeft de rechterhand verplaatst -in het proces. een mij niet onbekende ingreep. Een paginagrote afbeelding hangt nu alweer een paar maanden in mijn atelier. Het is geweldig. En roept op tot stilte. Ik kon het niet laten en moest op zoek naar die stilte.

en toen zag ik…

ogen4

Carice van Houten bij Zomergasten zitten in een prachtig outfitje, heel mooi retro met kantjes en haar haar was een beetje na-oorlogs en haar gezichtje was zo mooi en haar interviewster had ook al van dat naar achteren geslagen haar met een toevallige lok die steeds naar voren viel. Nét had ik het begin voor een groot portret opgezet en was meteen op de ogen aangevallen, grote ogen die een hele ruimte moeten ‘nemen’ zonder dat ze grijpen. Echte ogen. Niet een gelijkend portret.

Toen dacht ik: Is het nu toeval ? Dat het haar voor deze vrouw  óók een beetje na oorlogs moet worden en haar bloesje van kant? Of heerst er een algemene heimwee naar een vorm van fijnheid ? Carice van Houten hield een pleidooi voor esthetiek die samenviel met haar eigen woorden en verschijning. Haar belangrijkste opmerking, in mijn ogen, was dat een film als ‘das Leben des Anderen’ er helemaal op gestyled was om alléén maar via de rechterhersenhelft opgenomen te worden. Ik had er graag meer over gehoord.

…wordt vervolgd…

Scroll to top